About Intellectual Property IP Training IP Outreach IP for… IP and... IP in... Patent & Technology Information Trademark Information Industrial Design Information Geographical Indication Information Plant Variety Information (UPOV) IP Laws, Treaties & Judgements IP Resources IP Reports Patent Protection Trademark Protection Industrial Design Protection Geographical Indication Protection Plant Variety Protection (UPOV) IP Dispute Resolution IP Office Business Solutions Paying for IP Services Negotiation & Decision-Making Development Cooperation Innovation Support Public-Private Partnerships The Organization Working with WIPO Accountability Patents Trademarks Industrial Designs Geographical Indications Copyright Trade Secrets WIPO Academy Workshops & Seminars World IP Day WIPO Magazine Raising Awareness Case Studies & Success Stories IP News WIPO Awards Business Universities Indigenous Peoples Judiciaries Genetic Resources, Traditional Knowledge and Traditional Cultural Expressions Economics Gender Equality Global Health Climate Change Competition Policy Sustainable Development Goals Enforcement Frontier Technologies Mobile Applications Sports Tourism PATENTSCOPE Patent Analytics International Patent Classification ARDI – Research for Innovation ASPI – Specialized Patent Information Global Brand Database Madrid Monitor Article 6ter Express Database Nice Classification Vienna Classification Global Design Database International Designs Bulletin Hague Express Database Locarno Classification Lisbon Express Database Global Brand Database for GIs PLUTO Plant Variety Database GENIE Database WIPO-Administered Treaties WIPO Lex - IP Laws, Treaties & Judgments WIPO Standards IP Statistics WIPO Pearl (Terminology) WIPO Publications Country IP Profiles WIPO Knowledge Center WIPO Technology Trends Global Innovation Index World Intellectual Property Report PCT – The International Patent System ePCT Budapest – The International Microorganism Deposit System Madrid – The International Trademark System eMadrid Article 6ter (armorial bearings, flags, state emblems) Hague – The International Design System eHague Lisbon – The International System of Appellations of Origin and Geographical Indications eLisbon UPOV PRISMA Mediation Arbitration Expert Determination Domain Name Disputes Centralized Access to Search and Examination (CASE) Digital Access Service (DAS) WIPO Pay Current Account at WIPO WIPO Assemblies Standing Committees Calendar of Meetings WIPO Official Documents Development Agenda Technical Assistance IP Training Institutions COVID-19 Support National IP Strategies Policy & Legislative Advice Cooperation Hub Technology and Innovation Support Centers (TISC) Technology Transfer Inventor Assistance Program WIPO GREEN WIPO's Pat-INFORMED Accessible Books Consortium WIPO for Creators WIPO ALERT Member States Observers Director General Activities by Unit External Offices Job Vacancies Procurement Results & Budget Financial Reporting Oversight

WIPO Arbitration and Mediation Center

Beslissing Administratief PANEL

BSH Hausgeräte GmbH v. Jan Groen, Groen & De Jonge B.V.

Zaaknr. D2016-2127

1. Partijen

Klager is BSH Hausgeräte GmbH uit München, Duitsland, vertegenwoordigd door Le Poole Bekema, Nederland.

Verweerder is Jan Groen, Groen & De Jonge B.V. uit Eesveen, Nederland, intern vertegenwoordigd.

2. De Domeinnamen en Registrar

De onderhavige domeinnamen <boschonderdelen.com> en <siemensonderdelen.com> zijn geregistreerd bij Key-Systems GmbH dba domaindiscount24.com (de “Registrar”).

3. Geschiedenis van de Procedure

De Klacht is ingediend bij het WIPO Arbitration and Mediation Center (het “Center”) op 19 oktober 2016. Het Center heeft op 19 oktober per e-mail een verificatieverzoek aan de Registrar gestuurd met betrekking tot de onderhavige domeinnamen. In antwoord hierop heeft de Registrar op 20 oktober 2016 bevestigd dat Verweerder geregistreerd staat als de domeinnaamhouder en heeft de Registrar de contactgegevens van Verweerder overgelegd.

De Klacht is ingediend in het Engels. De Registrar heeft in antwoord op het Center’s verificatieverzoek aangegeven dat Nederlands de taal van de Registratieovereenkomst is. Paragraaf 11 van de Regels bepaalt dat, voor zover partijen niet anders zijn overeengekomen, de taal van de administratieve procedure de taal van de Registratieovereenkomst zal zijn. Het Center heeft op 25 oktober 2016 een e-mail in het Engels en het Nederlands naar partijen gestuurd met betrekking tot de taal van de procedure. Op 27 oktober 2016 heeft Klager een verzoek voor het Engels als taal van de procedure ingediend. Op 30 oktober 2016 heeft Verweerder een verzoek voor Nederlands ingediend.

Het Center heeft vastgesteld dat de Klacht voldoet aan de formele vereisten conform de Uniform Domain Name Dispute Resolution Policy (de “UDRP”), de Regels voor de Uniform Domain Name Dispute Resolution Policy (de “Regels”) en de WIPO Supplemental Rules for Uniform Domain Name Dispute Resolution Policy (de “Aanvullende Regels”).

Overeenkomstig de paragrafen 2 en 4 van de Regels heeft het Center Verweerder formeel op de hoogte gesteld van de Klacht en is de procedure op 1 november 2016 aangevangen. In overeenstemming met paragraaf 5(a) van de Regels was de laatste datum voor het indienen van het Antwoord 21 november 2016. Het Verweerschrift is op 20 november 2016 ingediend.

Het Center heeft Gregor Vos op 25 november 2016 benoemd als Administratief Panel in deze zaak. Hij heeft de Verklaring van Onpartijdigheid en Onafhankelijkheid aan het Center overgelegd, zoals vereist overeenkomstig paragraaf 7 van de Regels. Het Panel stelt vast dat het Panel correct is benoemd.

4. Feitelijke Achtergrond

Klager is opgericht in 1967 als joint venture van Robert Bosch GmbH (“Bosch”) en Siemens Aktiengesellschaft (“Siemens”) en is gevestigd in München (Duitsland). Klager verkoopt huishoudelijke apparaten en bijbehorende onderdelen van onder meer Bosch en Siemens.

Bosch en Siemens hebben elk verschillende internationale en Uniemerken geregistreerd, waaronder Uniemerk nr. 000067744, geregistreerd op 26 juni 2000, voor het woord BOSCH en Uniemerk nr. 004240263, geregistreerd op 28 mei 2006, voor het woordbeeldmerk SIEMENS. Klager heeft deze verschillende merkregistraties van Bosch en Siemens in licentie verkregen, waaronder voornoemde Uniemerken (de “Merken”).

De onderhavige domeinnamen <siemensonderdelen.com> en <boschonderdelen.com> zijn op respectievelijk 24 en 25 mei 2011 geregistreerd.

Verweerder verkoopt onderdelen voor huishoudelijke apparaten van uiteenlopende merken. Daaronder vallen ook onderdelen van huishoudelijke apparaten van Bosch en Siemens, die zij via een groothandel verkrijgt.

Klager heeft Verweerder op 8 februari 2016 gesommeerd het gebruik van haar in licentie verkregen Merken te staken en de onderhavige domeinnamen aan haar over te dragen. Bij monde van haar vertegenwoordigers heeft Klager op 18 juli 2016 haar sommatie herhaald. Verweerder heeft geweigerd aan de sommaties te voldoen.

5. Stellingen van Partijen

A. Klager

Klager stelt dat de onderhavige domeinnamen identiek zijn aan of verwarringwekkend overeenstemmen met haar in licentie verkregen Merken. De domeinnamen bestaan uit de Merken met als toevoeging het woordbestanddeel “onderdelen”. Dat woordbestanddeel is, naar Klager stelt, dusdanig beschrijvend of generiek dat het de verwarringwekkende overeenstemming niet wegneemt. Bovendien wordt verwarring verder in de hand gewerkt vanwege het gebruik van beeldmerken van Bosch en Siemens op de websites van Verweerder onder de onderhavige domeinnamen.

Daarbij stelt Klager dat Verweerder geen rechtmatig belang zou hebben bij de onderhavige domeinnamen, omdat Verweerder niet onder de domeinnamen of de namen Bosch of Siemens bekend staat. Ook stelt Klager dat zij Verweerder geen toestemming heeft gegeven voor het gebruik van de door haar in licentie verkregen Merken.

Tot slot stelt Klager dat Verweerder de onderhavige domeinnamen te kwader trouw gebruikt en heeft geregistreerd. Klager zou Verweerder meermaals hebben gesommeerd het gebruik van de Merken in de onderhavige domeinnamen te staken. Daar komt bij dat Verweerder volgens Klager geen gespecialiseerde verhandelaar is van onderdelen van Bosch en Siemens apparaten, maar juist een veelheid aan onderdelen van verschillende makelij verkoopt. Hierdoor probeert Verweerder volgens Klager commercieel voordeel te trekken uit de onderhavige domeinnamen, door de Merken te gebruiken om bezoekers naar de websites onder de onderhavige domeinnamen te trekken.

Verder is volgens Klager relevant dat Verweerder de onderdelen van Bosch en Siemens apparaten niet rechtstreeks van Klager verkrijgt, maar via een groothandel. Verweerder zou zich volgens Klager echter wel voordoen als geautoriseerde wederverkoper van Bosch en Siemens onderdelen, onder meer doordat Verweerder prominent gebruik maakt van geregistreerde beeldmerken van Bosch en Siemens. Daardoor wordt volgens Klager de onjuiste suggestie van een economische dan wel commerciële relatie tussen Verweerder en Klager gewekt.

B. Verweerder

Verweerder stelt dat van verwarring geen sprake kan zijn nu de websites onder de domeinnamen niet op de officiële websites van Bosch en Siemens zouden lijken. Ook uit de contactpagina op de websites zou duidelijk worden dat het niet om officiële websites van Bosch en Siemens zou gaan.

Verweerder stelt verder dat zij een rechtmatig belang zou hebben bij de domeinnamen, omdat zij onderdelen voor Bosch en Siemens apparaten verkoopt. Daardoor zou Klager ook meeprofiteren van de domeinnamen.

Tenslotte stelt Verweerder dat de domeinnamen zijn geregistreerd om Bosch en Siemens te promoten en daarin ziet Verweerder geen kwade trouw.

6. Taal van de procedure

Klager heeft verzocht om de procedure in het Engels te voeren. Klager voert daartoe aan dat de Registratie Overeenkomst met de registrar Key-Systems in het Engels is gesteld en dat de communicatie tussen Klager en haar vertegenwoordigers in het Engels verloopt.

Verweerder heeft verzocht om de procedure in het Nederlands te voeren. Verweerder voert daartoe aan dat de communicatie met vertegenwoordigers van Klager tot nu toe in het Nederlands heeft plaatsgevonden en dat de onderhavige domeinnamen gericht zijn op het Nederlandse publiek. Bovendien stelt Verweerder dat hij de onderhavige domeinnamen heeft geregistreerd bij een Nederlandse registrar, waarop Nederlandstalige algemene voorwaarden van toepassing zijn. Verweerder stelt dat hij geen overeenkomst heeft met Key-Systems.

Het Panel oordeelt als volgt. Op grond van paragraaf 11 van de Regels is het Panel bevoegd de taal van de procedure vast te stellen. De Registrar heeft bevestigd dat de Registratie Overeenkomst in het Nederlands is gesteld. Voorts zijn de onderhavige domeinnamen in het Nederlands, evenals de websites onder die domeinnamen. Verder blijken de vertegenwoordigers van Klager de Nederlandse taal eigen en hebben zij tot nu toe ook in het Nederlands gecommuniceerd met Verweerder. Daardoor zal Klager niet in haar belangen worden geschaad.

Deze belangen van Klager en Verweerder afwegende, ziet het Panel geen reden om een andere taal dan de Nederlandse als proceduretaal vast te stellen.

7. Oordeel en Bevindingen

Op grond van paragraaf 4(a) van de UDRP dient Klager te stellen en bewijzen dat:

i) de domeinnamen identiek zijn aan of zodanig overeenstemmen dat er verwarring kan ontstaan met een beschermd handelsmerk of dienstmerk waarvan Klager rechthebbende is; en

ii) Verweerder geen recht heeft op of legitiem belang heeft bij de domeinnamen; en

iii) de domeinnamen te kwader trouw zijn geregistreerd en worden gebruikt.

Als aan één van deze vereisten niet is voldaan, dan wordt de Klacht afgewezen. De bovenstaande gronden zullen hierna afzonderlijk worden besproken.

A. Identiek of Verwarringwekkend Overeenstemmend

Voorop staat dat het bij de beoordeling van paragraaf 4(a) van de UDRP gaat om de simpele vergelijking tussen de onderhavige domeinnamen en de ingeroepen rechten. Dat is een andere vraag dan die uit het merkenrecht, waarbij bijvoorbeeld ook relevant zijn de betrokken waren of diensten, de gemiddelde consument en de overige omstandigheden van het geval (vgl. Rockwool International A/S v. usrockwool.com / US Rockwool LLC, formerly US Fireproofing LLC, WIPO Zaaknr. D2013-1022).

Een belangrijke vraag bij de beoordeling van het eerste vereiste, is de vraag of Klager gerechtigd is de Merken in te roepen. Klager heeft onweersproken gesteld dat zij licentienemer is van de Merken. Enig bewijs op dat punt ontbreekt echter. Uit de WIPO Overview of WIPO Panel Views on Selected UDRP Questions, Second Edition (“WIPO Overview 2.0”) blijkt dat in de regel bewijs gewenst is van het bestaan van een licentie, maar dat zulk bestaan ook uit de voorliggende feiten en omstandigheden kan worden afgeleid. Het Panel overweegt dat Klager hierin het voordeel van de twijfel wordt gegund, nu Verweerder het bestaan van de licenties niet heeft betwist en de overige feiten en omstandigheden aanleiding geven tot het vermoeden van het bestaan van deze licentie (paragraaf 1.8).

Wanneer de door Klager in licentie verkregen Merken worden vergeleken met de domeinnamen, blijkt dat de domeinnamen bestaan uit de woordbestanddelen “bosch” en “siemens”, gevolgd door het woordbestanddeel “onderdelen”. Het behoort tot de vaste UDRP zienswijzen dat de toevoeging van beschrijvende termen, zoals “onderdelen”, geen invloed heeft op de verwarringwekkende overeenstemming in het kader van deze beoordeling (vgl. paragraaf 1.9, WIPO Overview 2.0 en bijv. Dr. Ing. h.c. F. Porsche AG v. Vasiliy Terkin, WIPO Zaaknr. D2003-0888).

Klager heeft aangetoond dat zij door de Merken die zij in licentie heeft verkregen rechten heeft op de woordbestanddelen “bosch” en “siemens”. In het kader van deze laagdrempelige beoordeling is dat voldoende om tot de conclusie te komen de domeinnamen verwarringwekkend overeenstemmen met de door Klager in licentie verkregen Merken.

Dit leidt tot de vaststelling dat Klager aan het vereiste van paragraaf 4(a)(i) van de UDRP heeft voldaan.

B. Recht of Legitiem Belang

Omdat het lastig is een negatieve bewijslast onder paragraaf 4(a)(ii) van de UDRP te vervullen, is het voldoende dat Klager prima facie aannemelijk maakt dat Verweerder geen recht heeft op of legitiem belang heeft bij de domeinnamen. Indien hieraan is voldaan, verschuift de bewijslast naar Verweerder, die dan zal moeten aantonen een recht op of legitiem belang bij de domeinnamen te hebben. Paragraaf 4(c) van de UDRP geeft een niet-limitatieve opsomming van omstandigheden waaruit een dergelijk recht of legitiem belang zullen voortvloeien.

Voorop staat dat Klager haar zaak prima facie voldoende aannemelijk heeft gemaakt. Het is duidelijk dat, zoals Klager stelt, Verweerder niet onder de domeinnamen bekend staat, noch dat Verweerder relevante merkregistraties heeft die een recht of legitiem belang tot gevolg zouden kunnen hebben. Verweerder heeft dat ook niet weersproken. Ook stelt Klager dat Verweerder geen geautoriseerd wederverkoper van Bosch en Siemens producten is. Ook dat heeft Verweerder niet weersproken. De tussenconclusie is hierdoor dat de bewijslast naar Verweerder verschuift.

Als verweer stelt Verweerder dat zij Bosch en Siemens producten via een groothandel betrekt en vervolgens verkoopt. In de onderhavige zaak gaat het bij de beoordeling van het vereiste van paragraaf 4(a)(ii) van de UDRP in feite om de vraag of de wederverkoop van Bosch en Siemens onderdelen door Verweerder als bona fide gebruik kan worden gekwalificeerd, waardoor Verweerder een legitiem belang zou hebben bij het gebruik van de domeinnamen (paragraaf 4(c)(i) UDRP).

In de uitspraak Oki Data Americas, Inc. v. ASD, Inc., WIPO Zaaknr. D2001-0903 zijn een viertal minimumeisen gesteld om te beoordelen of sprake is van zulk bona fide gebruik onder de UDRP. Het Panel ziet geen aanleiding om van deze vaste zienswijze af te wijken. Het gaat om de vraag of voldaan is aan elk van de volgende vereisten:

i) Verweerder moet de onderhavige goederen of diensten daadwerkelijk aanbieden;

ii) Verweerder moet uitsluitendde onderhavige goederen of diensten aanbieden; en

iii) De site moet nauwkeurig de relatie tonen tussen de website en de merkhouder. De website mag bijvoorbeeld niet valselijk suggereren dat het om een website van de merkhouder gaat, of dat de website de officiële website is terwijl er feitelijk meerdere andere wederverkopers bestaan; en

iv) Verweerder moet de markt voor domeinnamen niet proberen te monopoliseren, waardoor de merkhouder de mogelijkheid zou worden ontnomen zijn merken te weerspiegelen in domeinnamen.

Uit de aangevoerde stellingen en bewijsstukken blijkt dat is voldaan aan het eerste en het vierde vereiste. Uit het betoog van Klager maakt het Panel op dat zij stelt dat niet zou zijn voldaan aan het tweede en derde vereiste. Verweerder brengt daar tegenin dat zij de websites wel degelijk bona fide gebruikt omdat zij hiermee juist de producten van Bosch en Siemens promoot en dat zij op haar websites wel degelijk voldoende de relatie aantoont tussen haar en de merkhouder.

Het Panel komt tot de conclusie dat Verweerder niet voldoet aan het tweede en derde vereiste van de Oki Data-test.

Ten eerste wordt uit beide websites van Verweerder duidelijk dat deze beide voor daadwerkelijke aankopen van Bosch of Siemens onderdelen naar een derde website doorverwijzen. Zoals onweersproken uit de door Klager aangevoerde bewijzen blijkt, biedt Verweerder vervolgens niet uitsluitend Bosch en Siemens onderdelen aan, maar ook generieke onderdelen en producten van concurrenten. De domeinnamen doen naar de buitenwereld toe echter juist het tegenovergestelde vermoeden (vgl. Nikon, Inc. and Nikon Corporation v. Technilab, Inc., WIPO Zaaknr. D2000-1774).

Ten tweede is op beide websites niet direct duidelijk wat de relatie met Klager respectievelijk de merkhouder is. Door het veelvuldig gebruik van door Klager in licentie verkregen Merken en een enkele blote verwijzing (bij beide domeinnamen slechts éénmaal op de voorpagina en éénmaal op de contactpagina) naar het bedrijf van Verweerder, wordt onvoldoende nauwkeurig duidelijk gemaakt wat de relatie is tussen Klager respectievelijk de merkhouder enerzijds, en Verweerder anderzijds. Integendeel, door dit in het midden te laten wordt de suggestie gewekt dat het zou gaan om officiële websites.

Daarbij komt dat gezien haar handelsactiviteiten Verweerder van relevante rechten op de Merken op de hoogte zal zijn geweest, waardoor zij had kunnen vermoeden dat consumenten hierdoor konden menen dat sprake was van officiële websites van Klager of de merkhouder (vgl. Deutsche Post AG v. MailMij LLC, WIPO Zaaknr. D2003-0128).

Op basis van het voorgaande dient geconcludeerd te worden dat niet gesproken kan worden van bona fide gebruik door Verweerder, waardoor Verweerder niet slaagt in het bewijzen van haar recht of legitiem belang bij de onderhavige domeinnamen.

Dit leidt tot de vaststelling dat Klager aan het vereiste van paragraaf 4(a)(ii) van de UDRP heeft voldaan.

C. Geregistreerd en Gebruikt te Kwader Trouw

In paragraaf 4(b) van de UDRP worden vier niet-limitatieve gevallen opgesomd wanneer sprake is van registratie en gebruik te kwader trouw. Kortgezegd zal daarvan in elk geval sprake zijn wanneer:

i) omstandigheden bestaan waaruit blijkt dat de domeinnamen enkel zijn aangekocht met het doel deze weer te verkopen, verhuren, of anderszins overdragen aan de merkhouder, tegen kosten die hoger zijn dan de redelijke kosten die normaliter zijn verbonden aan de registratie van de domeinnamen; of

ii) de domeinnamen zijn geregistreerd om de merkhouder ervan te weerhouden zelf de domeinnamen te registreren, als dat deel uitmaakt van een gedragspatroon; of

iii) de domeinnamen met name zijn geregistreerd met het doel om de handel van een concurrent te ontwrichten; of

iv) door de domeinnamen te gebruiken opzettelijk wordt geprobeerd commercieel voordeel te behalen, door Internet gebruikers naar websites te trekken door met behulp van merken van Klager verwarring te wekken met betrekking tot de bron, sponsorrelatie, aansluiting of goedkeuring van de inhoud van die websites of de producten die daarop worden aangeboden.

Klager heeft gesteld dat Verweerder het bedrag van EUR 1.500,- heeft gevraagd voor overname van de onderhavige domeinnamen (zie paragraaf 4(b)(i) UDRP). Los van de vraag of die kosten onredelijk zijn, blijkt dit niet uit de door Klager overgelegde bewijsstukken. Het Panel dient daarom hieraan voorbij te gaan.

Voorts heeft Klager niet gesteld dat sprake zou zijn van omstandigheden als bedoeld in paragraaf 4(b)(ii) respectievelijk paragraaf 4(b)(iii) van de UDRP. Het Panel overweegt dat de aanwezigheid van deze omstandigheden ook niet uit de voorliggende bewijsstukken volgt, waardoor het Panel aan deze omstandigheden voorbij dient te gaan.

Gezien de omstandigheden van het geval komt het voor de beantwoording van de vraag of Klager aan het vereiste van kwade trouw heeft voldaan aan op de vraag of Verweerder met de onderhavige domeinnamen opzettelijk heeft geprobeerd commercieel voordeel te trekken uit de Merken die Klager in licentie heeft verkregen (paragraaf 4(b)(iv) van de UDRP). Zoals uit het voorgaande blijkt, bestaat tussen partijen geen discussie over het daadwerkelijk aanbieden van Bosch en Siemens onderdelen door Verweerder, waardoor vast staat dat Verweerder in elk geval commercieel voordeel probeert te behalen met behulp van de domeinnamen.

Bij de beoordeling van het vereiste van paragraaf 4(a)(iii) van de UDRP is hetgeen hiervoor onder sectie 7.B is overwogen ten aanzien van paragraaf 4(a)(ii) van de UDRP eveneens van belang. Met name weegt het hier zwaar dat Verweerder niet uitsluitend Bosch en Siemens onderdelen aanbiedt, maar ook generieke onderdelen en producten van concurrenten. Voorts bleek al dat Verweerder bij het aanbieden van Bosch en Siemens onderdelen onder de domeinnamen onvoldoende nauwkeurig duidelijk heeft gemaakt wat de relatie tussen Verweerder en Klager of de merkhouder is. In het kader van het onderhavige vereiste heeft dat tot gevolg dat de onjuiste indruk kan ontstaan dat Verweerder op één of andere manier gerelateerd is aan Klager of dat Klager op één of andere manier de activiteiten van Verweerder goedkeurt terwijl dat niet zo is. Tegen de achtergrond van de twee bovengenoemde omstandigheden concludeert het Panel dat Verweerder inderdaad de domeinnamen te kwader trouw heeft geregistreerd en gebruikt. Het betoog dat Verweerder daar tegenin brengt, is hiervoor al bij paragraaf 4(a)(ii) van de UDRP behandeld en kan ook nu geen verandering brengen in dit administratieve oordeel.

Dit leidt tot de vaststelling dat Klager aan de vereisten van paragraaf 4(a)(iii) van de UDRP heeft voldaan.

Het Panel komt tot de slotsom dat Klager heeft voldaan aan de vereisten voor overdracht van de domeinnamen.

8. Uitspraak

Op basis van het bovenstaande en in overeenstemming met de paragraaf 4 van de UDRP en paragraaf 15 van de Regels, beveelt het Panel dat de onderhavige domeinnamen <boschonderdelen.com> en <siemensonderdelen.com> worden overgedragen aan Klager.

Gregor Vos
Administratief Panel
Datum: 4 januari 2017