About Intellectual Property IP Training IP Outreach IP for… IP and... IP in... Patent & Technology Information Trademark Information Industrial Design Information Geographical Indication Information Plant Variety Information (UPOV) IP Laws, Treaties & Judgements IP Resources IP Reports Patent Protection Trademark Protection Industrial Design Protection Geographical Indication Protection Plant Variety Protection (UPOV) IP Dispute Resolution IP Office Business Solutions Paying for IP Services Negotiation & Decision-Making Development Cooperation Innovation Support Public-Private Partnerships The Organization Working with WIPO Accountability Patents Trademarks Industrial Designs Geographical Indications Copyright Trade Secrets WIPO Academy Workshops & Seminars World IP Day WIPO Magazine Raising Awareness Case Studies & Success Stories IP News WIPO Awards Business Universities Indigenous Peoples Judiciaries Genetic Resources, Traditional Knowledge and Traditional Cultural Expressions Economics Gender Equality Global Health Climate Change Competition Policy Sustainable Development Goals Enforcement Frontier Technologies Mobile Applications Sports Tourism PATENTSCOPE Patent Analytics International Patent Classification ARDI – Research for Innovation ASPI – Specialized Patent Information Global Brand Database Madrid Monitor Article 6ter Express Database Nice Classification Vienna Classification Global Design Database International Designs Bulletin Hague Express Database Locarno Classification Lisbon Express Database Global Brand Database for GIs PLUTO Plant Variety Database GENIE Database WIPO-Administered Treaties WIPO Lex - IP Laws, Treaties & Judgments WIPO Standards IP Statistics WIPO Pearl (Terminology) WIPO Publications Country IP Profiles WIPO Knowledge Center WIPO Technology Trends Global Innovation Index World Intellectual Property Report PCT – The International Patent System ePCT Budapest – The International Microorganism Deposit System Madrid – The International Trademark System eMadrid Article 6ter (armorial bearings, flags, state emblems) Hague – The International Design System eHague Lisbon – The International System of Appellations of Origin and Geographical Indications eLisbon UPOV PRISMA Mediation Arbitration Expert Determination Domain Name Disputes Centralized Access to Search and Examination (CASE) Digital Access Service (DAS) WIPO Pay Current Account at WIPO WIPO Assemblies Standing Committees Calendar of Meetings WIPO Official Documents Development Agenda Technical Assistance IP Training Institutions COVID-19 Support National IP Strategies Policy & Legislative Advice Cooperation Hub Technology and Innovation Support Centers (TISC) Technology Transfer Inventor Assistance Program WIPO GREEN WIPO's Pat-INFORMED Accessible Books Consortium WIPO for Creators WIPO ALERT Member States Observers Director General Activities by Unit External Offices Job Vacancies Procurement Results & Budget Financial Reporting Oversight

WIPO Arbitration and Mediation Center

UITSPRAAK GESCHILLENBESLECHTER

Yoghurt Barn BV v. Quincy Beeker

Zaaknr. DNL2021-0055

1. Partijen

De Eiser is Yoghurt Barn BV, Nederland, vertegenwoordigd door DOEN Legal, Nederland.

De Verweerder is Quincy Beeker, Nederland, vertegenwoordigd door SOLV Advocaten, Nederland.

2. De Domeinnaam

De onderhavige domeinnaam <yb.nl> is geregistreerd bij SIDN via Key-Systems GmbH.

3. Geschiedenis van de Procedure

logo

De Eis is ingediend bij het WIPO Arbitration and Mediation Center (het “Instituut”) op 11 oktober 2021. Het Instituut heeft op 12 oktober 2021 per e-mail een verificatieverzoek aan SIDN gestuurd met betrekking tot de onderhavige domeinnaam. In antwoord hierop heeft SIDN op 13 oktober 2021 bevestigd dat de Verweerder geregistreerd staat als de domeinnaamhouder en heeft SIDN de contactgegevens van de Verweerder overgelegd. Het Instituut heeft vastgesteld dat de Eis voldoet aan de formele vereisten van de Geschillenregeling voor .nl-domeinnamen (de “Regeling”).

Overeenkomstig de artikelen 5.1 en 16.4 van de Regeling heeft het Instituut de Verweerder formeel op de hoogte gesteld van de Eis en is de procedure aangevangen op 18 oktober 2021. In overeenstemming met artikel 7.1 van de Regeling was de laatste datum voor het indienen van het Verweerschrift 7 november 2021. Het Verweerschrift is bij het Instituut ingediend op 6 november 2021.

Op 9 november 2021 heeft SIDN het mediation proces aangevangen. Op 8 december 2021 heeft SIDN het mediation proces verlengd tot 7 januari 2022. Op 24 december 2021 heeft SIDN aan Partijen en het Instituut bevestigd dat het geschil niet door middel van het mediation proces is opgelost.

Het Instituut heeft Alfred Meijboom op 10 januari 2022 benoemd als Geschillenbeslechter in deze zaak. De Geschillenbeslechter stelt vast dat de Geschillenbeslechter correct is benoemd. De Geschillenbeslechter heeft de Verklaring van Onpartijdigheid en Onafhankelijkheid aan het Instituut overgelegd, zoals vereist overeenkomstig artikel 9.2 van de Regeling.

Op 21 januari 2022 heeft de Geschillenbeslechter een Panel Order uitgevaardigd waarin de Verweerder is uitgenodigd om uiterlijk op 28 januari 2022 bewijs te leveren van de datum waarop hij houder van de onderhavige domeinnaam is geworden en van de datum van de eerste correspondentie tussen Partijen met betrekking tot het aanbod tot verkoop van de onderhavige domeinnaam. De Eiser mocht hierop uiterlijk op 4 februari 2022 reageren. De Verweerder heeft op 28 januari 2022 geantwoord en de Eiser heeft hierop op 3 februari 2022 gereageerd. Op 3 februari 2022 heeft de Verweerder per e-mail nadere bewijsstukken aan het Instituut gestuurd, waarop de Eiser op 4 februari 2022 heeft gereageerd.

4. Feitelijke Achtergrond

De Eiser is een onderneming die sinds 2011 yoghurtproducten en non-alcoholische dranken via eigen horecavestigingen en supermarkten verkoopt. De Eiser is sinds de zomer van 2021 mede de handelsnaam “YB”, als afkorting van haar handelsnaam “Yoghurt Barn”, gaan voeren en heeft op 5 juli 2021 het hieronder afgebeelde Uniemerk met nummer 018508450 gedeponeerd voor waren en diensten in klassen 29, 30, 35, en 43 voor onder meer yoghurt en yoghurtproducten, thee, koffie en horecadiensten, welk merk op 12 november 2021 is geregistreerd (het “YB merk”).

SIDN heeft het Instituut laten weten dat de onderhavige domeinnaam voor het eerst geregistreerd werd op 10 juni 2021, en dat de datum van de huidige registratie 1 oktober 2021 was door een wijziging van de houder. Zoals hierna wordt besproken is de onderhavige domeinnaam op 11 juni 2021 door de Verweerder geregistreerd. De onderhavige domeinnaam verwijst naar een website die vermeldt dat de domeinnaam te koop is en de Internetgebruiker de mogelijkheid biedt een bod uit te brengen.

5. Stellingen van Partijen

A. Eiser

De Eiser stelt dat hij, omdat zijn handelsnaam “Yoghurt Barn” door het publiek vaak werd afgekort tot “YB”, en omdat hij zijn onderneming van een nieuwe, meer internationale, huisstijl wilde voorzien, eerder heeft besloten om zijn onderneming te gaan drijven onder de naam “YB”. Sinds de zomer van 2021 gebruikt de Eiser de handelsnaam “YB” en voert hij het YB merk. Volgens de Eiser is het publiek nu al bekend met het feit dat hij zijn onderneming drijft onder de naam “YB” en heeft hij nu al grote bekendheid verworven onder zijn nieuwe handelsnaam “YB” en met het YB merk. Het beste bewijs daarvan zou zijn dat de Verweerder de Eiser op eigen initiatief heeft benaderd met een aanbod om de onderhavige domeinnaam te kopen. De Eiser stelt in zijn reactie van 3 februari 2022 dat hij op 18 mei 2021 constateerde dat de onderhavige domeinnaam beschikbaar was en deze onmiddellijk heeft willen registreren, maar deze in quarantaine was geplaatst, waarna op 11 juni 2021 de onderhavige domeinnaam niet meer beschikbaar bleek voor registratie door de Eiser.

De Eiser voert aan dat de onderhavige domeinnaam identiek is aan de handelsnaam “YB” en het YB merk.

Volgens de Eiser heeft de Verweerder geen recht of legitiem belang bij de onderhavige domeinnaam omdat de Verweerder niet bekend is onder de onderhavige domeinnaam en de onderhavige domeinnaam niet gebruikt voor legitieme niet-commerciële doeleinden, aangezien aan de onderhavige domeinnaam geen actieve website is gekoppeld en de onderhavige domeinnaam publiekelijk te koop wordt aangeboden.

Volgens de Eiser is er ook sprake van registratie of gebruik te kwader trouw van de onderhavige domeinnaam omdat de Verweerder de onderhavige domeinnaam uitsluitend heeft geregistreerd met het doel om de onderhavige domeinnaam te verkopen tegen een prijs die fors hoger ligt dan de kosten voor de registratie. In dit verband vermoedt de Eiser dat de Verweerder kennis had genomen van de nieuwe handelsnaam “YB” van de Eiser en vervolgens de onderhavige domeinnaam heeft opgekocht met het doel om deze tegen een woekerwinst aan de Eiser te verkopen. De Verweerder heeft de Eiser op 24 september 2021 benaderd om de onderhavige domeinnaam te koop aan te bieden, en heeft vervolgens EUR 80.000 gevraagd toen de Eiser belangstelling toonde. De Eiser wijst erop dat de Verweerder geen uitleg of inzicht heeft willen geven omtrent de kosten die hij heeft moeten maken om de onderhavige domeinnaam te verwerven, zodat de Eiser daarmee rekening had kunnen houden. Bovendien betwist de Eiser dat de Verweerder heeft aangetoond dat hij de onderhavige domeinnaam al voor 1 oktober 2021 had geregistreerd.

B. Verweerder

De Verweerder stelt dat hij middels zijn eenmanszaak de onderhavige domeinnaam op 11 juni 2021 heeft verkregen uit een veiling nadat de onderhavige domeinnaam uit quarantaine kwam. Op 1 oktober 2021 heeft de Verweerder het houderschap van de onderhavige domeinnaam gewijzigd van zijn eenmanszaak naar zijn privé houderschap.

De Verweerder betwist dat de onderhavige domeinnaam identiek is aan of verwarringwekkend overeenstemt met het YB merk omdat het YB merk pas op 5 juli 2021 gedeponeerd is en ten tijde van het indienen van de Eis nog niet was geregistreerd zodat er geen sprake was van een naar Nederlands recht beschermd merk. De Eiser voerde de handelsnaam “Yoghurt Barn” en heeft pas op 14 juli 2021 aangekondigd zijn onderneming te gaan drijven onder de handelsnaam “YB”. Volgens de Verweerder is de periode tussen deze aankondiging en het moment van indienen van de Eis onvoldoende voor een geldig handelsnaamgebruik, waarbij de Eiser bovendien “YB” niet consequent als handelsnaam heeft gebruikt, en op zijn website ''YB, by Yoghurt Barn'' gebruikt, zodat “YB” niet als handelsnaam maar als merk wordt gebruikt.

Voorts betwist de Verweerder dat er sprake is van verwarringsgevaar tussen de onderhavige domeinnaam en de aanduiding “YB” van de Eiser omdat “YB” nauwelijks onderscheidend vermogen heeft en een veelheid aan andere betekenissen kan hebben, de afkorting kan zijn van vele andere woordcombinaties, en vele andere ondernemingen zou kunnen aanduiden. Het handelsregister zou namelijk al 144 ondernemingen vermelden die YB als handelsnaam of onderdeel daarvan hebben ingeschreven. De Verweerder betwist dat het publiek “YB” in verband zal brengen met de Eiser.

Tenslotte voert de Verweerder aan dat de website van de Eiser en de website waarnaar de onderhavige domeinnaam verwijst een compleet andere uitstraling hebben, waarbij de onderhavige domeinnaam een inactief bestaan heeft. Het publiek zou dus onmiddellijk begrijpen dat de onderhavige domeinnaam niet toebehoort aan de Eiser of aan één van de vele andere ondernemingen die de onderhavige, volgens de Verweerder generieke, domeinnaam zouden kunnen gebruiken.

Verder stelt de Verweerder dat hij een recht op en een legitiem belang bij de onderhavige domeinnaam heeft, waarbij het recht eruit bestaat dat de Verweerder een niet-inbreukmakende domeinnaam als eerste heeft geregistreerd toen hij vrijkwam en het legitieme belang eruit bestaat dat de Verweerder de onderhavige domeinnaam in de toekomst gaat gebruiken voor eigen activiteiten, dan wel verkoopt voor een voor hem acceptabel bedrag. Er bestaat volgens de Verweerder geen rechtsregel die de koop en verkoop van domeinnamen verbiedt, en is het integendeel een algemeen geaccepteerde en volstrekt legitieme handelspraktijk. De Verweerder voert aan dat er geen andere omstandigheden zijn die dit in casu anders maken, zeker niet nu de Eiser ten tijde van de registratie van de onderhavige domeinnaam nog geen rechthebbende op de door hem ingeroepen merk- en handelsnaamrechten was, de Eiser op het moment van registratie van de onderhavige domeinnaam op geen enkele manier met deze domeinnaam of de aanduiding “YB” in verband had kunnen worden gebracht, en de Verweerder op dat moment ook niet wist dat de Eiser het voornemen had om “YB” als naam te gaan voeren en dat ook niet kon weten.

De Verweerder betwist voorts dat hij de onderhavige domeinnaam te kwader trouw heeft geregistreerd of gebruikt, omdat de Verweerder de onderhavige domeinnaam niet hoofdzakelijk heeft verworven om deze aan de Eiser te verkopen. De Verweerder voert aan dat hij een “generieke” domeinnaam als de onderhavige domeinnaam kan verkopen aan tal van partijen, hetgeen de Eiser ook zelf erkent, en blijkt uit de vele handelsnaaminschrijvingen met de aanduiding “YB”. Tweeletterdomeinnamen zijn volgens de Verweerder schaars en populair en het feit dat de onderhavige domeinnaam werd geregistreerd met het oog op verkoop met winst, volstaat op zichzelf ook niet om te concluderen dat Verweerder te kwader trouw zou hebben gehandeld. De Verweerder voert verder aan dat de onderhavige domeinnaam werd geregistreerd voordat de Eiser de merk- en handelsnaamrechten waarop hij zich thans beroept zou hebben verworven, zonder dat hij kennis had van het voornemen van de Eiser om “YB” als handelsnaam en/of merk te gaan voeren. Ook het feit dat de Verweerder de onderhavige domeinnaam aan de Eiser te koop heeft aangeboden is volgens de Verweerder onvoldoende om kwade trouw aan te kunnen nemen omdat hij geen dwang op de Eiser heeft uitgeoefend, maar enkel een aanbod tot verkoop heeft gedaan, en een prijs heeft genoemd die de Verweerder redelijk acht in vergelijking met de verkoopprijzen van een aantal andere premium domeinnamen.

Tenslotte stelt de Verweerder dat de Eiser met de Eis vooral het ontnemen aan de Verweerder van de onderhavige domeinnaam zonder daarvoor te betalen lijkt te beogen. Volgens de Verweerder kan een redelijke benadering van de feiten in geen geval handelen te kwader trouw van de Verweerder opleveren, zodat de Eiser misbruik van de Regeling maakt en daarmee een poging tot Reverse Domain Name Hijacking doet.

6. Nadere reactie

In de Panel Order heeft de Geschillenbeslechter de Verweerder in de gelegenheid gesteld om binnen een bepaalde tijd bewijs te leveren van onder meer de datum van zijn registratie van de onderhavige domeinnaam en de Eiser in de gelegenheid gesteld om daarop, ook weer binnen een bepaalde termijn, te reageren. Beide Partijen hebben tijdig een reactie aan het Instituut gestuurd. Nadat de Eiser evenwel op 3 februari 2022 zijn reactie aan het Instituut heeft gestuurd, heeft de Verweerder per e-mail op dezelfde datum nadere bewijstukken toegestuurd, waartegen de Eiser op 4 februari 2022 bezwaar heeft gemaakt met het verzoek aan de Geschillenbeslechter om het nadere stuk van de Verweerder buiten beschouwing te laten.

Op grond van artikel 11.2 van de Regeling is het aan de Geschillenbeslechter om te beoordelen of de nadere reacties wordt toegelaten. Het doel van de Regeling is te voorzien in een relatief eenvoudige, snelle en kosteneffectieve geschillenbeslechting. Daarbinnen past dat partijen één gelegenheid hebben om adequaat hun standpunt naar voren te brengen en er in beginsel geen ruimte is voor re- en dupliek omdat dat het proces compliceert en vertraagt, hetgeen tegengesteld is aan het doel van de Regeling en de in artikel 10.4 van de Regeling vastgelegde taak van de Geschillenbeslechter om ervoor zorg te dragen dat de procedure spoedig verloopt (zie onder meer Betty Blue S.P.A. v. Hugo Vis, WIPO Case No. DNL2021-0025). Nadere stukken kunnen dan ook enkel worden toegelaten in bijzondere omstandigheden die door de Eiser zullen moeten worden aangevoerd. Dit klemt te meer omdat de Panel Order de Verweerder uitdrukkelijk uitnodigde om uiterlijk op 28 januari 2022 bewijs te leveren, waarop de Eiser mocht reageren. De Panel Order voorzag dus niet in de mogelijkheid van een nadere reactie waarbij nog eens aanvullende bewijsstukken in geding worden gebracht.

De Verweerder motiveert zijn nadere reactie door te stellen dat de Eiser in zijn e-mail van 3 februari 2022 een standpunt zou hebben ingenomen waarvan hij, in de woorden van de Verweerder, ”weet dat dit onjuist is” en de Verweerder acht het om die reden noodzakelijk en gerechtvaardigd om nog na de door de Geschillenbeslechter gestelde termijn twee nadere stukken in te dienen. Omdat het de Verweerder duidelijk moet zijn geweest dat hij op grond van de Panel Order bij zijn reactie alle relevante bewijsstukken diende over te leggen en de reactie van de Eiser van 3 februari 2022 een betwisting van de zienswijze van de Verweerder inhoudt, is er geen sprake van nieuwe omstandigheden die de Verweerder niet had kunnen voorzien waardoor een nadere reactie en nadere bewijsstukken gerechtvaardigd zijn (zie Volvo Trademark Holding AB, Volvo Car Corporation en Volvo Car Nederland B.V. v. Puch Tomos Service Nederland (t.h.o.d.n. Used Volvo Van Kempen), WIPO Zaaknr. DNL2016-0030). De Geschillenbeslechter laat derhalve de nadere reactie van Partijen buiten beschouwing,

7. Oordeel en Bevindingen

Omdat de Eiser en de Verweerder in Nederland gevestigd, respectievelijk woonachtig zijn is de procestaal op grond van artikel 17.1 van de Regeling Nederlands.

Op grond van artikel 2.1 van de Regeling dient Eiser gemotiveerd te stellen en aan te tonen dat:

a) de onderhavige domeinnaam identiek is aan of zodanig overeenstemt dat er verwarring kan ontstaan met een:

I. naar Nederlands recht beschermd merk of handelsnaam waarvan de Eiser rechthebbende is; dan wel

II. een in een Nederlandse gemeentelijke basisadministratie geregistreerde persoonsnaam, dan wel een naam van een Nederlandse publiekrechtelijke rechtspersoon of een naam van een in Nederland gevestigde vereniging of stichting waaronder de Eiser duurzaam aan het maatschappelijke verkeer deelneemt; en

b) de Verweerder geen recht heeft op of legitiem belang heeft bij de onderhavige domeinnaam; en

c) de onderhavige domeinnaam te kwader trouw is geregistreerd of wordt gebruikt.

Deze gronden worden hierna besproken.

A. Identiek of Verwarringwekkend Overeenstemmend

Om te beoordelen of de onderhavige domeinnaam identiek is aan of verwarringwekkend overeenstemt met de rechten waarop de Eiser zich beroept, mag volgens vaste jurisprudentie onder de Regeling het Top-Level Domein “.nl” buiten beschouwing worden gelaten (zie onder meer Roompot Recreatie Beheer B.V. v. Edoco LTD, WIPO Zaaknr. DNL2008-0008).

De Eiser heeft genoegzaam aangetoond dat hij de handelsnaam “YB”, naast andere handelsnamen voert, maar uit de door de Eiser overgelegde stukken blijkt evenwel niet sinds wanneer. Omdat de Verweerder bewijs heeft overgelegd dat de Eiser op 14 juli 2021 heeft aangekondigd de letters “YB” als handelsnaam te gaan gebruiken, hetgeen in overeenstemming is met de stelling van de Eiser dat hij deze handelsnaam sinds de zomer 2021 voert, en ook met de resultaten van het publiek toegankelijke Internetarchief via de Wayback machine op de website "www.web.archive.org" die de Geschillenbeslechter heeft geraadpleegd en die aantonen dat de Eiser op enig moment tussen 28 juni 2021 en 11 augustus 2021 de handelsnaam “YB” op zijn website is gaan gebruiken, neemt de Geschillenbeslechter aan dat de Eiser de handelsnaam “YB” op zijn vroegst vanaf 14 juli 2021 is gaan gebruiken.

Daarnaast stelt de Geschillenbeslechter vast dat het YB merk op 12 november 2021 – weliswaar na indiening van de Eis, maar vóór het moment van beoordeling van het geschil – is geregistreerd, en overweegt de Geschillenbeslechter dat de letters “YB” het dominante bestanddeel zijn van het YB merk, zodat de Eiser rechthebbende is op een naar Nederlands recht beschermd merk en handelsnaam met de letters “YB”.

Voor de beoordeling van het eerste element van artikel 2.1 van de Regeling is het gegeven dat de rechten waarop de Eiser zich beroept jonger zijn dan de registratie van de onderhavige domeinnaam niet relevant (zie onder meer Viridian International Ltd. trading as Viridian Nutrition v. Provisan Nutrition, Patricia Catharina Maria IJsbrandij, WIPO Case No. DNL2015-0061). Omdat de onderhavige domeinnaam het hele YB merk, c.q. de handelsnaam “YB” van de Eiser omvat, concludeert de Geschillenbeslechter dat de onderhavige domeinnaam identiek is aan de handelsnaam “YB” en het YB merk van de Eiser, zodat daarmee is voldaan aan artikel 2.1 sub a van de Regeling.

B. Recht of Legitiem Belang

Aan het vereiste dat de Verweerder geen recht op of legitiem belang bij de onderhavige domeinnaam heeft is voldaan indien de Eiser prima facie aantoont dat de Verweerder geen recht op of legitiem belang heeft bij de onderhavige domeinnaam en de Verweerder nalaat om dit te weerleggen door omstandigheden aan te tonen zoals onder meer genoemd in artikel 3.1 van de Regeling (onder meer Technische Unie B.V. and Otra Information Services v. Technology Services Ltd., WIPO Zaaknr. DNL2008-0002).

Voor de beantwoording van de vraag of de Verweerder recht op of legitiem belang bij de onderhavige domeinnaam heeft, dan wel of de Verweerder de onderhavige domeinnaam te kwader trouw heeft geregistreerd of gebruikt, zijn de datum waarop de Verweerder de onderhavige domeinnaam heeft geregistreerd en de datum van eerste communicatie tussen Partijen relevant. Omdat daarover onvoldoende duidelijkheid bestond, heeft de Geschillenbeslechter een Panel Order uitgevaardigd. De Verweerder heeft aangetoond dat hij voor het eerst op 24 september 2021 middels WhatsApp contact heeft gezocht met de CEO van de Eiser. Dat heeft de Eiser niet betwist zodat deze datum vaststaat. Partijen zijn echter verdeeld over de vraag op welke datum de Verweerder de onderhavige domeinnaam heeft geregistreerd. De Geschillenbeslechter leidt uit de door de Verweerder overgelegde stukken af dat iemand met het e-mailadres “spiet[…]@yahoo.com” de onderhavige domeinnaam op 10 juni 2021, blijkbaar op een veiling, heeft verworven, en dat de onderhavige domeinnaam door deze persoon op 11 juni 2021 is geregistreerd. De Eiser betwist dat het e-mailadres “spiet[…]@yahoo.com” van de Verweerder is, en wijst erop dat alleen in bijlage 18 bij de reactie van de Verweerder, de Verweerder als zodanig als houder van de domeinnaam wordt genoemd. Omdat dit stuk een notificatie van 1 oktober 2021 van de wijziging van de houdernaam van de onderhavige domeinnaam is, meent de Eiser dat alleen met zekerheid kan worden vastgesteld dat de Verweerder op 1 oktober 2021 houder is geworden van de onderhavige domeinnaam. De Verweerder heeft ter zake evenwel gesteld dat uit dit stuk enkel blijkt dat de Verweerder het houderschap van de onderhavige domeinnaam op 1 oktober 2021 heeft gewijzigd van zijn eenmanszaak naar zijn privé-houderschap. Omdat de aanhef van de e-mails aan “spiet[…]@yahoo.com” van 10 en 11 juni 2021 in bijlage 14, respectievelijk bijlage 15 bij de reactie van de Verweerder “Quincy” luidt, hetgeen de voornaam van de Verweerder is, het e-mailadres “spiet[…]@yahoo.com” in alle door de Verweerder overgelegde correspondentie ter zake verkrijging en houderschap van de onderhavige domeinnaam wordt gebruikt, en het de Geschillenbeslechter onaannemelijk voorkomt dat de Verweerder op 24 september 2021 bij de Eiser polst of hij belangstelling voor de koop van de onderhavige domeinnaam heeft als hij die domeinnaam pas een week later, op 1 oktober 2021, zou verkrijgen, acht de Geschillenbeslechter het aannemelijk dat de onderhavige domeinnaam door de Verweerder op 11 juni 2021 is geregistreerd. Dat de Verweerder op 1 oktober 2021 “in privé” houder van de onderhavige domeinnaam is geworden en deze voordien op naam van zijn eenmanszaak stond geregistreerd maakt dit niet anders, omdat deze eenmanszaak geen rechtspersoonlijkheid heeft en derhalve samenvalt met de Verweerder, die sowieso controle over de onderhavige domeinnaam had.

Het enkele gegeven dat de onderhavige domeinnaam is geregistreerd met het oog op verkoop houdt op zich niet in dat de Verweerder geen recht op of legitiem belang bij de onderhavige domeinnaam heeft. Voor een dergelijke conclusie zijn aanvullende omstandigheden nodig (onder meer Belangenvereniging Zelfdoeners in Adoptie v. Media Village B.V. i.o., WIPO Zaaknr. DNL2008-0004 en Ticken B.V. v. Media Village B.V., WIPO Zaaknr. DNL2014-0015). De Eiser wijst erop dat de Verweerder contact met hem heeft opgenomen om de onderhavige domeinnaam te koop aan te bieden voor een bedrag van EUR 80.000, waarvan aannemelijk is dat dit de prijs die de Verweerder voor de onderhavige domeinnaam heeft betaald substantieel overstijgt. Dit laat evenwel onverlet het feit dat de Eiser in deze procedure niet heeft aangetoond dat de Verweerder, toen hij de onderhavige domeinnaam op 10 juni 2021 verwierf, bekend was met het YB merk en de handelsnaam “YB” van de Eiser, die eerst nadien werden geregistreerd, respectievelijk in gebruik genomen, terwijl de letters “YB” voor vele afkortingen kunnen staan en, zo heeft de Geschillenbeslechter geconstateerd, overeenstemmen met ten minste elf naar Nederlands recht beschermde merken van evenzoveel merkhouders, en de Verweerders oogmerk ten tijde van de registratie van de onderhavige domeinnaam onder meer verkoop van de domeinnaam was. Het vervolgens te koop aanbieden van de onderhavige domeinnaam met een winstoogmerk aan een mogelijk geïnteresseerde partij acht de Geschillenbeslechter onder de omstandigheden van deze zaak een normale handelsactiviteit en niet op zich te kwader trouw, zodat de Eiser niet heeft aangetoond dat de Verweerder geen recht op of legitiem belang bij de onderhavige domeinnaam heeft zoals bedoeld in artikel 2.1 sub b van de Regeling.

C. Geregistreerd of Gebruikt te Kwader Trouw

Omdat de Geschillenbeslechter heeft vastgesteld dat de Eiser het tweede element van artikel 2.1 van de Regeling niet heeft aangetoond behoeft het derde element van artikel 2.1 van de Regeling geen bespreking. De Geschillenbeslechter overweegt evenwel ten overvloede, en ook ter versterking van hetgeen hiervoor in 7.B is overwogen, als volgt.

Omdat de Eiser ten tijde van de registratie van de onderhavige domeinnaam door de Verweerder de handelsnaam “YB” nog niet voerde en het YB merk nog niet had gedeponeerd, en toen kennelijk ook nog geen voornemen daartoe publiek had gemaakt, acht de Geschillenbeslechter het binnen het kader van deze zaak onder de Regeling niet aannemelijk dat de Verweerder ten tijde van de registratie van de onderhavige domeinnaam de Eiser of zijn met de onderhavige domeinnaam overeenstemmende handelsnaam, c.q. merk voor ogen had. Om deze reden is er derhalve geen sprake van een registratie te kwader trouw van de onderhavige domeinnaam.

Ook acht de Geschillenbeslechter het gebruik door de Verweerder van de onderhavige domeinnaam niet te kwader trouw, omdat het enkel met winstoogmerk te koop aanbieden van een domeinnaam als zodanig toelaatbaar is (zie hiervoor 7.B). Het feit dat de Verweerder actief de Eiser heeft benaderd over de verkoop (tegen een hoge prijs) van de onderhavige domeinnaam, die de Verweerder bovendien als generiek kwalificeert, en de omzetting van het domeinnaamhouderschap van de Verweerders eenmanszaak naar hem in privé terwijl hij in gesprek was met de Eiser, roepen mogelijk vragen op, die echter op basis van het aan de Geschillenbeslechter voorliggende dossier niet kunnen worden beantwoord.

8. Reverse Domain Name Hijacking

De Verweerder voert tenslotte aan dat de Eiser door zijn handelwijze misbruik maakt van de Regeling en zich derhalve schuldig maakt aan Reverse Domain Name Hijacking zoals bedoeld in artikel 1 van de Rules for Uniform Domain Name Dispute Resolution Policy (“UDRP” of “Policy”), die reverse domain name hijacking definieert als “using the Policy in bad faith to attempt to deprive a registered domain-name holder of a domain name.” De Regeling is echter niet identiek aan de UDRP en kent geen regeling voor reverse domain name hijacking (zie onder meer Koen Konings h.o.d.n. ZENN v. Zenn, WIPO Zaaknr. DNL2013-0060 en Stichting RTV NH, t.h.o.d.n. NH v. Windkracht Internet B.V. t.h.o.d.n. Ziber, WIPO Zaaknr. DNL2016-0042). De Geschillenbeslechter kan derhalve niet toekomen aan de beoordeling of de Eiser door het instellen van de Eis heeft getracht de onderhavige domeinnaam te kwader trouw aan de Verweerder te ontnemen.

9. Uitspraak

Op basis van het bovenstaande wijst de Geschillenbeslechter de vordering af.

Alfred Meijboom
Geschillenbeslechter
Datum: 11 februari 2022